top of page
Tosa hoofd.png
Tosa zijkant.png

Tosa

Herkomst: Japan, Shikoku, Kochi. Ook wel Japanse Mastiff genoemd.

Gebruik: Vroeger toernooihond, vandaag waak- en  gezelschapshond.

FCI-classificatie: Groep 2:  Pinschers, Schnauzers, Molossers en Sennenhonden

                                Sectie 2.1: Molossers en Berghonden, subsectie Type mastiff

                                Zonder werkproef

Bloesem naar links.jpg
Bloesem naar rechts.jpg

Korte historische samenvatting:

Japan heeft een lange geschiedenis van hondengevechten, beginnend in de 14de eeuw, wat zich met name afspeelde in de Akita prefectuur en Tosa prefectuur (heden Kochi geheten) op het eiland Shikoku. Sinds de Meiji-restauratie halverwege de 19e eeuw werd de handel met het westen mogelijk. De inmenging van westerse rassen heeft uiteindelijk tot de Tosa geleid zoals we hem nu kennen, met de belangrijkste invloeden komend vanuit de Mastiff, de Duitse Pointer, de Duitse Dog en de Bullterriër. Dit verklaart de nog altijd grote verscheidenheid aan typen en afmetingen binnen het ras. Pas in de jaren ’70 kwam de Tosa naar Europa.

Algemeen voorkomen:

  • Grote hond

  • Statige uitstraling

  • Robuuste maar atletische bouw

  • Groot uithoudingsvermogen

  • Korte vacht

  • Kleine, hangende oren

  • Vierkante snuit

  • Typische berimpeling op de kop wanneer hij alert is

  • Ogen die waardigheid en zelfbewustzijn uitstralen

Gedrag/temperament:

  • Geduldig

  • Rustig

  • Moedig

  • Gehoorzaam

  • Waakzaam

  • Intelligent

  • Blaft zelden

  • Trouw en beschermend voor familie

  • Afstandelijk naar vreemden

  • Gevoelig van aard

  • Vergevingsgezind voor zijn familieleden

  • Onverbiddelijk ten opzichte van vreemde honden

Bloesem naar rechts.jpg

Omgang:

De Tosa heeft een evenwichtige en consequente opvoeding nodig. Gevoelig aan stemverheffing en het opleggen van teveel druk. Een gemiddelde hoeveelheid lichaamsbeweging is voldoende, loopt niet warm voor balspelletjes. Is rustig in huis, maar kan sportief zijn. Niet geschikt voor onzekere mensen of beginnende hondenbezitters, leiderschap met finesse is noodzakelijk.

Hoofd:

Een brede schedel met een grote zwarte neus en lange snuit waarvan de neusbrug recht is. De overgang van neus naar voorhoofd is eerder abrupt. De kaken zijn sterk en met een sterk schaargebit. De ogen zijn vrij klein, donker bruin van kleur met een waardige expressie. Typisch is de frons boven de ogen. De oren zijn relatief klein en dun, hoog ingesteld op de zijkant van de schedel, dicht bij de wangen hangend. De hals is zeer gespierd met wat losse keelhuid. Zwaar openhangende oogleden en mondhoeken zijn onwenselijk.

Lichaam:

Het lichaam is robuust en gespierd waarbij de ribben matig gewelfd zijn. De achterkant loopt rechtdoor maar is ook gespierd. Uitgesproken schoft met een diepe en brede borstkas en een goed opgetrokken buik. De staart is hoog aangezet en hangt, hij is dik aan de wortel, toelopend naar de punt.

Ledematen:

De schouders zijn matig hellend met een rechte en matig lange maar sterke onderarm. De middenvoeten zijn licht geheld. Idealiter een sterke ronde kattenvoet. De spieren van de achterpoten zijn zeer goed ontwikkeld. Het knie- en spronggewricht (gewricht tussen scheenbeen en voet) zijn matig gehoekt. De voeten zijn stevig gesloten, de pads dik en elastisch, de nagels zijn sterk en liefst donker van kleur. Het gangwerk is gemakkelijk, robuust en krachtig.

Vacht:

De haren zijn kort, hard en dicht. De ideale kleur is van een egaal dieprood, met zwart masker, zonder witte aftekingen. De kleur varieert echter van fawn tot diep hertenrood. Ook zwart en brindle zijn officiële kleuren. Witte markeringen op de borst en voeten zijn toegestaan (niet breder dan de schouders, niet hoger dan de metacarpus).

Maten en gewicht :

De in Japan opgestelde rasstandaard geeft een minimale schofthoogte van 60 cm en een minimumgewicht van 37.5 kg bij de reuen; de teven wat kleiner en lichter van bouw. In Europa heerst echter een consensus van een minimale schofthooge van 65 cm en een minimumgewicht van 45 kg. De meeste Tosa’s buiten Japan hebben echter een gewicht van tussen de 50 en 70 kg, en een bijpassende schofthoogte van 67-79 cm.

Gemiddelde leeftijd:

10 jaar.

Fouten:

  • Dunne botten

  • Puntige snuit

  • Overbeten en onderbeten

Diskwalificerende fouten:

  • Volledig rasontypsich

  • Schuwheid of agressie

  • Bovenbeet, onderbeet

  • Elke hond die duidelijk fysieke of afwijkende gedragingen toont zal worden gediskwalificeerd.

​

Mannelijke dieren moeten 2 normaal lijkende teelballen hebben afgedaald in het scrotum.

Alleen functionerende en klinisch gezonde honden met rasbevestiging zouden voor fokker gebruikt mogen worden.

Fokkers Nederland:

bottom of page